Skip to content Skip to main navigation Skip to footer

Jong Oranje-handballer Luuk Barendse: “Alleen als ze achter me iets zeggen hoor ik het niet” 

In onze serie Gedreven door sport lees je verhalen van sporters over de kracht van sport, het overwinnen van obstakels en jezelf kunnen zijn binnen een team. In deze vierde editie vertelt Luuk Barendse hoe hij zijn slechthorendheid ziet als onderdeel van zichzelf en deelt hij zijn droom om door te groeien naar een internationale carrière.

Handballer Luuk Barendse (17) moet écht even nadenken als hem wordt gevraagd of zijn slechthorendheid invloed heeft op zijn leven en sport. “Ik ben ermee geboren, dus ik weet niet beter.” Wat hij wél weet: hij doet vooral wat hij leuk vindt en goed kan. Dat bracht hem tot Jong Oranje U18. 

Net een dag woont hij op Papendal. De dag voor het interview heeft hij zijn spullen verhuisd. Komend seizoen gaat hij, net als veel teamgenoten, het talentenprogramma van handbal op het topsportcentrum in Arnhem volgen. Nog even wennen, maar vooral veel zin in het nieuwe seizoen, vertelt hij. Handbal is zijn grote passie. Hij droomt van een internationale carrière, spelen bij een topclub in Duitsland. Dat zou mooi zijn. “Ik zit al sinds mijn vierde op handbal. Ook op voetbal, en nu ook wel golf. Ik vind dat allemaal leuk. Maar op een gegeven moment moest ik kiezen en het werd handbal.” Sinds vorig jaar speelt hij ook in de eredivisie bij Quintus in Wateringen. Zijn talent wordt door coaches benadrukt in artikelen in de media. Zelf haalt hij daar zijn schouders over op. “Zo kijk ik er zelf niet naar. Ik vind het gewoon leuk en het gaat goed.” 

_C6A8565

Geen uithangbord

“Een beetje raar”, vindt hij het, dat hij in interviews, zoals nu, bevraagd wordt over zijn slechthorendheid. “Ik probeer het niet te verbergen, maar ik wil ook geen uithangbord zijn. Kijk, ik heb niet anders gekend. Als jong kind werd al snel duidelijk dat ik slechthorend ben. Ik kreeg die dingen” – Luuk wijst op zijn gehoorapparaten – “waardoor ik waarschijnlijk wat anders hoor dan jullie, maar wel voor bijna 80 procent alles meekrijg. En dat is het. Ik heb eigenlijk nooit het besef gehad dat het moeilijker was. Ik deed gewoon alles wat anderen ook deden.” 

En dus ging hij net als zijn vrienden op voetbal. “Mijn teamgenoten waren dus ook mijn vrienden en iedereen wist dat ik een gehoorapparaat droeg. Vroeger had ik lang haar, waardoor je het niet direct zag en ik het soms even moest laten zien. Ik heb daar nooit vervelende reacties op gehad.” 

Altijd dezelfde vragen

Nu in zijn nieuwe team op Papendal krijgt hij opnieuw vragen. “Het zijn altijd dezelfde: ‘Hoe komt het? Ben je ermee geboren? Wat hoor je dan wel en niet?’ Nou, dan geef ik daar antwoord op, prima. Inmiddels is mijn haar kort en kun je die apparaten zien. Ik vind dat niet echt mooi. Liever waren ze niet zo zichtbaar. Maar ze zijn functioneel. Zonder hoor ik niets.” 

Zijn slechthorendheid vormt geen beperking tijdens het spel, vertelt Luuk, al zijn er wel momenten waarop hij ermee geconfronteerd wordt. “Als er achter me iets geroepen wordt, mis ik dat soms. Bijvoorbeeld wanneer bij de dekking iemand aangeeft dat we moeten opschuiven. Dan reageer ik te laat, omdat ik het niet heb gehoord. Mijn teamgenoten weten dat ze hard moeten schreeuwen als ze willen dat ik het meekrijg, en meestal doen ze dat ook. Soms moet ik ze er even aan herinneren. Tot gevaarlijke situaties leidt het niet. En in de aanval heb ik nergens last van: ik kan gezichten zien, liplezen en volgen wat er gebeurt. En als de scheidsrechter fluit en ik speel door omdat ik het gemist heb, merk ik vanzelf dat het spel stil ligt.” 

Moeiteloos accepteren

Hard schreeuwen op het veld, dat heeft hij zijn teamgenoten op het hart gedrukt. Verder zijn er eigenlijk geen aanpassingen. Ja, hij gaat vooraan staan als de coach instructies geeft. Echt, benadrukt hij: het geeft weinig gedoe. 

Hij schudt zijn hoofd. Nee, onzeker heeft hij zich nooit gevoeld door zijn slechthorendheid. Als hij iets niet heeft verstaan, komt hij voor zichzelf op. “Oké, soms zeg ik gewoon: “ja, ja”, terwijl ik het eigenlijk niet gehoord heb. Valt niemand op,” zegt hij lachend. “Dan heb ik gewoon geen zin om te vragen of ze het willen herhalen.” Op andere momenten spreekt hij zonder enige moeite andere jongens aan, bijvoorbeeld als hij hun gezicht niet kan zien. Misschien is het juist zijn houding die ervoor zorgt dat zijn omgeving zijn slechthorendheid moeiteloos accepteert? “Zou kunnen.” 

Behoefte om andere jongeren te spreken die doof of slechthorend zijn, heeft hij niet. “Ik heb eigenlijk nooit iemand anders ontmoet met hetzelfde, maar dat hoeft voor mij ook niet. Ik weet dat er scholen zijn voor doven en slechthorenden, maar ik heb altijd op reguliere scholen gezeten. Voor mij is dat normaal.” 

‘’Ik hou erg van teamsporten. Het is gezellig en het is leuk om samen te werken. En vraag of je teamgenoten wat harder willen praten en je aankijken als ze spreken.”

Innovatieve gehoortoestellen

Luuk denkt even na over wat zijn gehoorapparaten nog gemakkelijker of praktischer zou kunnen maken. “De techniek van mijn gehoorapparaten is sinds ik ze heb al erg verbeterd. Eerst waren ze vrij groot, nu zijn ze compacter en blijven ze beter zitten. En ik heb er nu ook bluetooth op, handig bij bellen of als ik naar muziek wil luisteren. Er bestaan tegenwoordig ook kleine implantaten die in de gehoorgang worden geplaatst als gehoorapparaat, voor mensen met een andere vorm van slechthorendheid. Hopelijk kan dat in de toekomst ook voor mij. Dan zie je er helemaal niets meer van. Al vind ik het als ik ga slapen ook prettig om ze uit te doen en even niets meer te horen. Lastig om uit te leggen, maar dat geeft een soort rust. En ik heb een trilwekker onder mijn kussen, dus ik kan gewoon op tijd opstaan.” 

En een oplossing voor het zwemmen, dat zou ook mooi zijn, gaat hij verder. Nu kan hij zijn gehoorapparaten niet dragen omdat ze niet nat mogen worden. 

Dan is het tijd om zijn spullen te pakken. Hij gaat terug naar zijn ouders in Den Haag; hij moet nog even uitzoeken hoe het nu verder moet met zijn studie logistiek, nu hij in Arnhem woont. En dan vanavond weer lekker bij zijn club trainen. 

Advies voor doven of slechthorenden (in de sport)

Luuk: “Ga lekker sporten. Ik hou erg van teamsporten. Het is gezellig en het is leuk om samen te werken. En vraag of je teamgenoten wat harder willen praten en je aankijken als ze spreken.” 

Advies voor teamgenoten met een dove of slechthorende medespeler

Luuk: Vraag wat iemand nodig heeft. En praat gewoon wat harder en kijk iemand aan zodat ze kunnen liplezen.”


Geschreven door Roos Oosterbaan
Fotografie door Philip Meijer